Wanneer mag je zeuren dat je het allemaal best pittig vindt?
Wanneer wordt het écht teveel ?
Dit is een lastig verhaal. Een beetje delicaat zelfs. Want “té veel worden” is een vaag begrip. Bovendien zo multi- interpretabel als de pest.
Daar waar de ene vrouw energie krijgt van een chaotische ochtendritueel, gezellige zaterdagen op de sportvelden en de ontplofte keuken na een gezamelijke baksessie met de kids, voelt de andere zich al uitgeput bij het afleveren van de kids op school, staat ze langs het sportveld vooral haar to- do lijst door te nemen en kóópt liever die cake om een inzinking te voorkomen.
De ene vrouw haalt energie uit haar werk waarin het nooit genoeg kan zijn, de ander ploft vrijdag op de bank en komt er het liefst het hele weekend niet meer vanaf.
Wat voor de één een eitje is, een bron van inspiratie, energie en levensvreugde… is voor de ander een opgave, een Mount Everest, een energie slurpend project.
Is de één een zeur? Of is de ander gewoon een bikkel ?
Geen van beide.
Om te beginnen hebben we allemaal een andere situatie: De één krijgt energie van haar droombaan en gaat fluitend naar het werk. De ander verliest bergen energie aan haar job, of zit noodgedwongen thuis. De één moet echt groeien in het ouderschap, de ander heeft vanaf de bevruchting moederhormonen all over the place.
Daarnaast speelt geld, woonsituatie, sociale contacten, verwachtingen van anderen en jezelf, opgedane ervaring ook een rol. Als je jezelf hebt opgelegd dat je “niemand wilt belasten”, wordt dat op den duur een zware druk op je schouders. Daar wordt je leven niet lichter van.
Voor de perfectionisten onder ons ligt de lat helemaal (te) hoog: zij accepteren van zichzelf slecht wanneer het allemaal niet gaat zoals ze zichzelf hebben opgelegd. Dan voldoe je nooit aan je eigen verwachtingen, en wordt het leven ook één groot examen waar je alleen maar voor kunt zakken.
Waar mevrouw A jaloers kijkt naar vriendin B hoe zij baan, kinderen, sociale contacten en huishouden allemaal op orde houdt in haar uppie, kijkt vriendin B jaloers naar mevrouw A omdat die veel meer lijkt te genieten van haar leven, ondanks de aanwezigheid van een meedraaiende echtgenoot. Terwijl in realiteit mevrouw A misschien wel worstelt met het gevoel te worden geleefd. En mevrouw B worstelt met de stress altijd alles op orde te willen hebben.
Mevrouw A t/m Z zijn het volwassen leven ingestapt om gelukkig te worden. Ieder met haar achtergrond, kennis, vermogen, karakter en inzet doet haar stinkende best. Elke vrouw doet haar ervaringen op. De mooie en de lelijke. Met de bijbehorende positieve of negatieve beleving.
En als het teveel wordt, zeuren we. Het is onbewust een manier om aan te geven dat het allemaal té veel wordt.
Dus zeur gerust. En luister naar je jezelf. Naar je eigen gezeur. Ga op onderzoek wat er niet lekker loopt, en wat je er aan kan doen. En veroordeel dat van een ander niet. Misschien ben jij mevrouw A en is zij mevrouw Z. Maar we streven er allemaal naar te kunnen genieten van ons leven.
Zonder gezeur.